Rebecca*, een veldwerker van Open Doors, werkt in het geheim onder Noord-Koreaanse vrouwen die gevlucht of verhandeld zijn en nu illegaal in China leven. Regelmatig reist ze naar het Chinese platteland om deze vrouwen te bezoeken en Bijbelstudie met hen te doen. Elke reis die ze maakt, is gevaarlijk en zwaar. 

Ondanks het gevaar is het voor Rebecca de moeite waard, omdat de vrouwen die ze gaat ontmoeten alles riskeren om Jezus te volgen. “Anderen zoals ik zijn gepakt en gevangengezet”, zegt Rebecca. “Maar het is een risico dat je wilt nemen om het evangelie te verkondigen.”

De vluchtelingen die Rebecca in haar bediening ontmoet, lopen het risico keihard te worden aangepakt. Als ze worden betrapt, worden ze uitgeleverd aan de Noord-Koreaanse regering, om vervolgens in een werkkamp te belanden of zelfs geëxecuteerd te worden. 

“De vrouwen hebben een heel ellendig leven”, zegt zuster J*, die met Rebecca samenwerkt. “Ze hebben vaak te maken met mishandeling. Bovendien zijn ze gehersenspoeld door het Noord-Koreaanse regime. De eerste keer dat ze naar een Bijbelstudieavond komen, zijn ze doodsbang.” Veel vrouwen zijn door mensenhandelaren verkocht aan mannen die ze nog nooit eerder hebben ontmoet, om hun echtgenote te worden of kinderen te baren. Ze zijn getraumatiseerd en hebben geen wettelijke status. Daarom verschuilen ze zich in afgelegen gebieden in China. 

“Maar ook al lijden ze en verbergen ze zich, de vrouwen zijn vol vreugde in Christus”, zegt zuster J. “Ze klagen niet over hun omstandigheden, maar danken voor alles. Ze lopen over van vreugde en hoop. Dat kan alleen doordat God echt met hen wandelt.”

“Extreme vervolging vereist extreme liefde”, meent Rebecca. “We volgen Gods opdracht en roeping om van Zijn liefde te getuigen, ondanks het gevaar. Bij de vrouwen zijn is mijn grootste vreugde”, zegt ze. “Ik zou de reis elke keer maken. Zelfs voor één.”

* Schuilnaam